In deze handleiding leggen we uit op welke wijze we in Logic4 de verzendlabels berekenen en genereren.
Bekijk ook: Printer instellingen voor genereren rapporten voor de juiste instellingen voor het genereren van de rapporten/labels.
We maken in deze handleiding onderscheid in eigen verzendlabels en vervoerderslabels (Extern).
Afbeeldingen die worden gebruikt zijn uit de demo-omgeving van Logic4 Desktop.
Onderstaande schermen worden in deze handleiding toegelicht.
Binnen Logic4 Desktop is het mogelijk om eigen verzendlabels aan te maken als je gebruikt maakt van eigen vervoer.
Dit label kun je vervolgens instellen bij de systeeminstellingen. Dit label zal dan bij gebruik van interne verzendlabels (bij uitleveren en batch uitleveren) worden gebruikt.
Bij een verzendmethode kun je instellen dat het aantal colli wordt berekend op basis van de order. Hiervoor dient het aantal colli bij de artikelen te zijn gevuld.
We laten hierbij het voorbeeld zien van een verzendmethode welke Eigen bezorgdienst is genoemd. Deze heeft de volgende instelling geactiveerd:
In onderstaand screenshot laten we zien in hoeverre het uitleverscherm omgaat met het aantal labels en de verwerking hiervan.
We kennen hierin 3 situaties.
Situatie 1:
Is de situatie zoals genoemd in het hierboven genoemde voorbeeld. De order heeft 1 artikel welke op zijn beurt 2 colli heeft. Het uitleverscherm gaat uit van 2 verzendlabels.
Situatie 2:
Bij punt (4) kan het aantal gewijzigd worden naar bijvoorbeeld 3 labels. Als we dan de order uitleveren (5) dan zal het verzendlabels printen scherm 3 labels instellen. Op het moment dat we deze Printen en verwerken dan komen er 3 labels uit en wordt de order verwerkt.
Situatie 3:
Bij punt (4) kan het aantal gewijzigd worden naar bijvoorbeeld 0 labels als je geen labels geprint wil hebben. Het verzendlabels printen scherm komt in beeld en aantal is 0. Je kiest dan Printen en verwerken om de order uit te leveren. Er zal geen label worden geprint.
Situatie 4:
Bij punt (4) kun je het aantal ook leeg laten. Bij het leeglaten van dit aantal bij (5) zal de order worden verwerkt en in bovenstaande situatie ook 2 verzendlabels geprint worden bij de Printen en verwerken actie.
Op deze wijze is het mogelijk om zelf het aantal labels op te kunnen geven in het uitleverscherm in combinatie met eigen vervoerderslabels.
In het batch uitlever scherm kunnen we het aantal verzendlabels opgeven die we geprint willen hebben bij het verwerken van de order.
Situatie 1:
Het aantal verzendlabels veld is leeg en de order wordt verwerkt of verwerkt en gefactureerd (4). Resultaat is dat er 2 verzendlabels uitkomen. De order heeft een artikel met aantal colli is 2.
De uitlevering wordt verwerkt en er worden 2 verzendlabels geprint.
Situatie 2:
Het aantal verzendlabels veld is gevuld met een aantal en wordt verwerkt en gefactureerd (4). Het opgegeven aantal labels wordt uitgeprint en de order wordt verwerkt.
Situatie 3:
Het aantal verzendlabels veld is gevuld met aantal is 0 en wordt verwerkt en gefactureerd (4). De uitlevering wordt aangemaakt en er worden geen labels geprint.
Om optimaal te kunnen werken met zendingen aanmeldingen bij een externe vervoerder zoals PostNL en B2C dien je de eigen verzendlabel in de systeeminstellingen uit te schakelen zoals eerder benoemd in deze handleiding.
Onderstaande toelichting geldt voor:
Het uitschakelen van de eigen verzendlabel in de systeeminstellingen zorgt er voor dat er géén extra Verzendlabels printen scherm voor het printen van de eigen labels.
.
In onderstaand voorbeeld nemen we een order welke we via PostNL gaan uitleveren en verwerken. Ook hier is het uitgangspunt dat de verzendmethode bepaald hoeveel colli er aangemaakt moet worden op basis van het aantal colli ingesteld bij het artikel.
Situatie 1:
Het aantal bij (1) ingevoerd zal het aantal labels zijn welke worden aangemaakt en richting PostNL en B2C worden verstuurd. Na verwerken of verwerken en factureren wordt de order uitgeleverd en aangemeld bij de vervoerder.
Situatie 2:
Als het aantal niet is ingevuld, dan zal er in dit voorbeeld 2 labels worden aangemaakt. Dit komt omdat het aantal labels is berekend op basis van de order en het ingevulde aantal colli bij het artikel welke in de order zit. De order wordt verwerkt en aangeboden aan PostNL en/of B2C en de zending wordt aangemaakt met 2 colli.
Situatie 3:
Als het aantal wat gevuld is gelijk is aan 0, dan wordt de order wel verwerkt maar worden er geen labels aangeboden aan de vervoerder.
In onderstaande wordt uitgelegd hoe het batch uitlever scherm werkt met de aantallen verzendlabels in combinatie met de externe vervoerders:
In het voorbeeld gebruiken we PostNL als externe vervoerder (1).
Situatie 1:
Als de kolom niet gevuld is, dan wordt er gekeken naar het aantal labels welke op basis van de order gegenereerd moeten worden. In deze voorbeeld situatie worden er dan 2 labels geprint en wordt de zending met 2 colli aangeboden aan de vervoerder en wordt de order verwerkt of verwerkt en gefactureerd (3).
Situatie 2:
Als de kolom gevuld is met aantal = 0, dan worden er geen labels geprint en wordt de zending niet aangeboden aan de vervoerder. Wel wordt de order verwerkt of verwerkt en gefactureerd (3).
Situatie 3:
Als de kolom gevuld is met aantal is >0, dan wordt dit aantal labels geprint en aangeboden aan de externe vervoerder. De order wordt verwerkt of verwerkt en gefactureerd (3).
In dit hoofdstuk leggen we uit hoe de verzendlabels worden aangemaakt en aangeboden aan de externe vervoerders partijen:
In dit voorbeeld nemen we SendCloud verzendmethode als voorbeeld. Ook hier nemen we weer een order met een artikel welke standaard 2 colli heeft ingeregeld. Daarnaast laten we hierin zien hoe de verzendlabels worden aangemaakt en aangeboden aan de externe vervoerders als op orderregelniveau aparte afleveropties zijn.
– Als er maar 1 afleveroptie is voor de gehele order dan is dit de standaard.
– Zijn er op orderregel niveau meerdere afleveropties dan geldt onderstaande situatie.
Situatie 1:
Als het aantal labels is gevuld (3), dan worden deze labels geprint en aangeboden aan de externe vervoerder als de order wordt verwerkt of verwerkt en gefactureerd.
Situatie 2:
Als er bij het aantal 0 labels (3) worden opgegeven, dan wordt de order wel verwerkt of verwerkt en gefactureerd maar niet aangeboden aan de externe vervoerder.
Het batch uitlever scherm is ook te gebruiken in combinatie met de externe vervoerders. In onderstaand voorbeeld nemen we weer een order met een verzendmethode van SendCloud.
Deze order bestaat uit artikelen welke standaard 2 colli heeft ingeregeld maar beide een aparte afleveroptie hebben. Als een order meerdere afleveropties heeft, dan is de kolom aantal verzendlabels (1) niet te vullen. Dit wordt berekend aan de hand van het aantal colli welke op artikelniveau is ingeregeld.
Ad. Bestaat de order uit maar 1 afleveroptie dan is het aantal aan te maken verzendlabels wel handmatig aan te passen.
Situatie 1:
Op het moment dat een order bestaat uit meerdere artikelen met verschillende afleveropties, dan is het aantal bij (1) niet aan te passen. De labels worden dan berekend op basis van het opgegeven aantal colli bij het artikel. De standaard is altijd 1 label, zodat de zending aangemaakt kan worden bij de externe vervoerder na (3) Verwerken of Verwerken en factureren.
Situatie 2:
Op het moment dat een order bestaat uit meerdere artikelen met één afleveroptie, dan is het aantal bij (1) wel te wijzigen. Het opgegeven aantal verzendlabels wordt geprint en aangeboden bij de externe vervoerder na (3) Verwerken of Verwerken en factureren.
Situatie 3:
Op het moment dat een order bestaat uit meerdere artikelen met één afleveroptie en het aantal bij (1) is 0 dan wordt de order wel verwerkt of verwerkt en gefactureerd (3) maar niet aangeboden aan de externe vervoerder. Er is dan geen verzendlabel aangemaakt.
In dit hoofdstuk laten we zien op welk moment een label wordt aangemaakt op basis van een order of op basis van een factuur. In de handleiding wordt gesproken over Verwerken of Verwerken en factureren.
Wanneer het label wordt gegenereerd is afhankelijk van onderstaande systeeminstelling:
Het is belangrijk om deze instellingen en werking goed te volgen zodat de juiste aantallen verzendlabels worden geprint.
In deze handleiding wordt gesproken over het automatisch berekenen van het aantal colli. Dit gaat op basis van een instelling bij de verzendmethode.
Onderstaande afbeelding is een combinatie van de het verzendmethoden scherm + artikel kaart.
Situatie 1:
Indien bij de verzendmethode is ingesteld dat het aantal colli wordt berekend o.b.v. de order en het aantal bij (2) is 0, dan is het aantal colli wat wordt berekend voor de order standaard 1 ongeacht het aantal artikelen.
Situatie 2:
Indien bij de verzendmethode is ingesteld dat het aantal colli wordt berekend o.b.v. de order en het aantal bij (2) is >0, dan wordt dit aantal colli berekend voor dit betreffende artikel. In het voorbeeld heeft dit artikel standaard 2 colli. Voeg je van dit artikel standaard 10 stuks toe dan krijg je standaard 20 labels.
Situatie 3:
Indien bij de verzendmethode de instelling niet is geactiveerd en het aantal colli (2) bij een artikel wel, dan is het aantal colli voor de order standaard 1.